Wie schuilt er achter jóuw gezicht?

Gepubliceerd op 21 augustus 2024 om 21:08

LIEVE JIJ!

                                                        Hoe gedraag jíj je?                                                                                                           Ben jij echt helemaal jezelf?                                                          Pas jij je aan aan de mensen waar je mee bent of waar je mee te maken hebt?           Of zeg je gewoon wat je voelt en geef je gewoon je ongezouten mening?

Ik ga je geen sprookjes vertellen, want het valt niet altijd mee om in deze wereld jezelf te zijn...  Tenminste, zelf weet je vaak niet beter dan dat je gewoon bent wie je bent, terwijl anderen een compleet ander beeld van je kunnen hebben.  Het is nog steeds zo dat er behoorlijk veel mensen zijn die zich onder de mensen anders gedragen dan ze werkelijk zijn.  

Gelukkig gaan er zo gaandeweg steeds meer zien, dat het erom gaat of ze zich tevreden, prettig en blij voelen.  Dan nog blijft dat een uitdaging, omdat ze nog vaak omringt worden door mensen die óf alles van ze willen weten óf proberen te doorgronden wat diegene zo 'anders' maakt.  Iemand die rust en tevredenheid uitstraalt en zich bezig houdt met zijn of haar eigen leven, voelt een ander zich  snel ongemakkelijk of overbodig bij. Het gaat er toch om, om een zo groot mogelijk sociaal 'netwerk' te hebben?  Hoe meer zielen hoe meer vreugd?  Maar dat is een klein deel van je leven.  Uiteindelijk is het aller belangrijkste dat je goed met jezelf overweg kunt.  Je prettig voelen bij hetgeen je doet wat jij graag doet en wíl doen. 

Ze zeggen vaak dat het niet leuk is om ouder te worden, maar toch heb ik er geen moeite mee.  Oké, fysiek merk je wel het één en ander haha.  Je wordt wat strammer, regelmatig pijnlijke spieren, je valt wat makkelijker en ach, je velletje wordt wat slapper.  Rimpels vermenigvuldigen zich, maar er iets aan laten doen, zoals in deze tijd onderhand heel normaal is, botox of iets soortgelijks, brrrr, ik zou alleen maar bang zijn dat het mislukt.  Maar innerlijk en mentaal geven de jaren je toch heel veel helderheid.

Als paragnost beschik ik over een diep gevoelsleven en dat maakt je rijk.  Ik ben nooit in staat geweest om iemand te kwetsen, omdat ik wíst dat ik dat zelf ook niet zou willen.  Je ziet de dingen, waarvan je vroeger een drama maakte, door een compleet andere bril.  Soms kan ik mezelf afvragen waar mensen zich toch allemaal druk over kunnen maken.  Hoe belangrijk ze het vinden om belangrijk te zijn, terwijl we allemaal gewoon mensen zijn.  We zijn fysiek allemaal hetzelfde.  Ik zeg altijd maar:  'Bij iedereen moet er vanboven iets in en vanonder moet er iets uit'.  Bij íedereen!  Of je nu de vuilnisman bent of de koningin.  Iedereen maakt deel uit van een geheel.  En dat geheel wordt alleen maar fantastisch als we elkaar nemen zoals we zijn.  

Ik heb een geweldige hekel aan ruzie en probeer altijd de vredestichter te zijn.  Er is niets op deze aarde dat mooier is dan tevredenheid, blijheid en vriendelijkheid.  Pas dan voel je het geluk van vrijheid.

Ik was er  nooit mee bezig om me anders voor te doen tegenover anderen.  Waarom zou ik?  Ik heb van thuis uit een goeie opvoeding genoten.  Weliswaar beschermd, maar eerlijkheid, bescheidenheid en beleefdheid stonden bovenaan het lijstje.  

Maar wat als anderen je dan tóch heel anders inschatten dan je werkelijk bent?  Dát is een hele uitdaging.  Want oooo, wat kúnnen mensen hard zijn en wáárom waren er toch altijd weer mensen die zonder aanwijsbare reden gewoon een hekel aan je konden hebben?

Het begon al op mijn vijfde jaar, toen ik voor het allereerst kennis moest maken met school.  Ik, die verknocht was aan thuis.  Me daar vrij en blij voelde,  meedogenloos de wereld  in werd geslingerd.

De kennismaking met school, met de daar dagelijks aanwezige non, was een ramp voor me.  Deze non was voor kinderen van deze leeftijd veel te streng.  Ik durfde me niet eens te verroeren, laat staan kattenkwaad uit te halen.  Daar was ik gewoon veel te verlegen voor.  Ik weet nog als de dag van gisteren, dat ik een hele slechte eter was.  Meestal at ik alleen mijn liga op en nam mijn brood weer mee naar huis.  Ook het flesje melk dat ik meekreeg (dat tegen de tijd dat we het op moesten drinken lauw was)  ging de helft er met heel veel moeite in.  

Op de dag dat de non doorkreeg dat ik geen brood at, pffff...  kwam ze met grote stappen op me af.  Ik hoor nog het ruisen van die rokken.  Ze propte een halve boterham in mijn mond, zonder pardon, met een uitdrukking op haar gezicht die me de stuipen op mijn lijf joeg.  'Je gaat nú eten!  Eet je níet, dan ga je het hok in!  Het hok staat al open!' 

Dat waren nou zogenaamde dienaren van God.  Gewoon gefrustreerde vrouwen, die zich op argeloze kinderen afreageerden.  

Ook in de eerste en tweede klas een non, zuster Lodevika.  Ik vergeet het nooit meer.  Het zelfde laken een pak.  Wát een chagrijn!

De derde was een juf.  Juffrouw Spruit.  Het hele jaar heeft ze me geen blik waardig gegund.  Maar ik had desalniettemin altijd een beetje leedvermaak.  We leefden toen in de jaren '60.  Ze kwam altijd op de brommer naar school.  Natuurlijk ook als het regende.  De hele ochtend liep ze heen en weer naar de wc, omdat haar koolzwarte eyeliner in haar ogen was gelopen.

De laatste schooldag van dat jaar stond ze plotseling naast me.  Ik voelde een hand op mijn rug en ze bukte om me aan te kijken.  'Wat héb je toch mooi haar!'  Ik snapte er toen helemaal niks van.  Ik heb haar alleen maar aangestaard.  

Vierde klas juffrouw Jaspers.  Had ook al geen belangstelling voor me.  Ik snapte het niet.  Omdát ze al zo streng en bazig waren, zorgde ik er wel voor dat ik niet zou opvallen.  Ook zíj stond op een dag ineens bij me.  Ik keek haar vragend aan en geschrokken zag ik haar rode, van woede vertrokken gezicht, en ze trók me van leer!  'Hoe háál je het in je hoofd!!  Denk maar niet dat ik een knieval voor je ga maken!!'  Ik was zó geschrokken, dat ik de rest van de dag geen woord meer kon uitbrengen.

Vijfde klas éindelijk die lieve, oude juffrouw van Wijngaarden en de zesde een meester.  Hij deed altijd wel gewoon, normaal, maar het was niet zo dat ik me écht op mijn gemak voelde.  Niet na die lieve, oude juffrouw.  Pas jaren later een reünie van de zesde klas.  Ik kwam binnen en liep op hem af, gaf hem een hand en vroeg hoe het met hem ging.  Het eerste wat hij zei, na al die jaren:  'Goh, je hebt het nóg, die lange nek...??

Toen, voor het eerst viel het kwartje...  Oké, kan ik een lange nek faken?  Dacht ie écht dat ik al die tijd mijn nek zover uitrekte om gezien te worden?  Op de zesde klas lagere school?  Ha... mijn moeder had een broertje dood aan arrogante mensen.  Zij zorgde heel goed voor ons, maakte al onze kleding zelf.  En echt volgens de laatste mode, waar we maar wát blij mee waren.  Maar ze gaf ons zelden een compliment.  'Daar worden ze alleen maar eigenwijs van'  hoorde ik ze een keer zeggen.  'Bescheidenheid siert je', zei ze dan.                                     

Jaren later een dagje Preston Palace  met het elftal van mijn man.  Een héle, leuke, gezellige dag.  Op de terugweg zat ik naast één van de echtgenotes  van het elftal in de bus.  Nog steeds lol en geintjes.  Plotseling zegt ze:  'Goh, jij bent nét als wij!  Ik dacht altijd dat je zo'n kenau was...'  Ik vroeg natuurlijk verbaasd waaróm ze dat dacht, maar een goed antwoord wist ze niet te geven.

Ik moest daar regelmatig aan denken.  Wáárom dachten mensen dat ik arrogant zou zijn?  Omdat ik make-up gebruikte?  Ja, omdat ik mezelf er zónder niet uit vind zien! Omdat ik rechtop liep?  Van mijn moeder geërfd waarschijnlijk.  Een statige vrouw werd ze altijd genoemd.  Die lange nek?  Geërfd denk ik.  Mijn haar?  Ook van mijn moeder.  

Op een sportschool bleef een meisje steeds naar me kijken.  Ik voelde me er ongemakkelijk door.  Ik dacht, ga alsjeblieft je maar met een ander bezighouden.  Later toen ik op mijn rug lag en mijn buikspier oefeningen deed, zei ze ineens:  'Dat haar is écht van jezelf, ik dacht dat je extensions in had!'  Pfff... lekker dan, alsof ik die in zou doen naar een sportschool.

Laatst weer een reünie van school omdat we dit jaar allemaal 65 worden.  Zei een oude schoolvriendin:  'Wat wás ik vroeger altijd jaloers op jou' ...????  'Doe normaal joh,' flapte ik eruit.  'Waaróm dan in hemelsnaam?'   'Jij was altijd zó leuk!'   Huhhh???  Ik kan me er niks bij voorstellen.  Ik had een hekel aan school.  Maakte er het beste van en voelde me allerminst 'leuk'.  

Haha, ik hoorde ooit van mijn zus dat een collegaatje van haar me gezien had en zó had moeten lachen. 'Je zus is precíes hetzelfde als jij'  had ze tegen haar gezegd.  Er was schijnbaar een man die naar me floot, maar ik keek nooit om.  Wie zegt in vredesnaam dat dat voor míj bedoeld was?  Ik zou me dood schamen.

Ook dat ik mijn hele leven slank gebleven ben.  Wat krijg je dan te horen?  Zelfs tegen mijn moeder vroeger werd gezegd dat we veel te mager waren, die natuurlijk voor ons in de bres sprong.  Zij vond het natuurlijk ook lastig dat we slechte eters waren.  Soms stonden er drie soorten groenten op tafel, zodat we hópelijk daar iets van zouden eten.  Jaren later kwam pas boven water, dat we thuis allemaal (behalve mijn vader) darmproblemen hadden.  Mijn jongste zus kreeg de ziekte van Crohn en mijn andere zus en ik een intolerantie voor melk, tarwe en maïs.  Ik bedoel maar.  Probeer dan maar eens dikker te worden.  Tegenwoordig zit bijna in alle voedsel wel ergens melk of melkpoeder en tarwe in.  Taart, koek, ijs, slagroom, ál die lekkere dingen, poehhh,  valt écht niet altijd mee om daar vanaf te blijven.  Maar stiekem heb ik wel een verslaving hoor:  Pure chocola, zit lekker geen melk in. Maarre, by the way, ik zeg toch ook niet tegen een ander dat ie te dik, te lang of te kort is?  Ik vind het ook niet belangrijk.  

Naar aanleiding hiervan wil ik éigenlijk zeggen:  Beoordeel nóóit iemand naar zijn uiterlijk.  Ik ben me er nooit van bewust geweest.  Ik was en ben wie ik ben.  Ik ben, net als iedere andere vrouw, altijd gek op kleding geweest.  En nóg, ook al ben ik nu 65.  Misschien niet doorsnee wat kleding aangaat, maar ik ben een doodgewoon mens, dat eerder onzeker dan arrogant was.  Onzeker omdat ik in twee werelden tegelijk leefde.  Overdag op aarde, 's nachts in het universum met al haar energieën, die me door onwetendheid behoorlijk beangstigden.

Ik was (en nog) altijd actief.  Ik wilde álles uit het leven halen en na mijn confrontatie met mijn angsten, ook uit het universum.  Je zou het een dubbel leven kunnen noemen.  Ik had en heb niet alleen mijn eigen leven, maar ook nog eens de gevoelswereld van anderen.  Voor mij is het altijd belangrijk geweest dat anderen het naar hun zin hadden en zich goed voelden.  Als de mensen om me heen blij waren, was ik dat ook.  Maar waren er mensen verdrietig, dan voelde ik dat ook.

Met andere woorden, ik was nooit alleen met mezelf bezig.  Had een collegaatje geen geld voor een pakje shag, dan kocht ik die voor haar.  En dan komt het:  Ik dacht vroeger, héél naïef, dat iedereen hetzelfde was en dacht als ik zelf.  Wat een ontgoocheling toen ik later zag, dat ze ook nog eens van míjn pakje shag zat te roken, terwijl ik haar het gegeven pakje in haar tas zag stoppen...  Ik was zó verbaasd dat ik het ook aan haar vroeg.  Waarom ze van mijn pakje rookte?  Ik had haar behoorlijk in verlegenheid gebracht en het gekke was, dat ik ook nog met haar te doen had.

Ik draaide altijd de rollen om.  Dacht of ik in haar plaats hetzelfde zou doen.  No way!  Ik vóelde de schaamte.

Waar het om gaat is de vraag:  Waarom zijn mensen zo bezig met anderen? Waarom wordt een échte identiteit genegeerd, door eerst negatieve vooroordelen te hebben. We zijn hier toch niet om mensen een totaal andere identiteit op te plakken, terwijl je door een vriendelijk woord juist het góeie bij een mens naar boven haalt?

De tendens in onze wereld is dat velen van ons niet de moeite nemen zich te verdiepen in elkaar.  Ze vinden zichzelf belangrijker.  Mensen staan tegen elkaar op om de overtuigingen van de ander.  Kijk hoe al eeuwen lang door het fenomeen 'religie' mensen elkaar afmaken, maar daarover meer in een ander blog.  Hoe mensen door hun zelf opgekrikte ego de ander negeert. Zich belangrijker acht.  Voelt zich boven een ander staan door meer te verdienen.  Door zichzelf intelligenter te vinden.  Kijken op iemand neer omdat ze een andere mening zou hebben.  Veel mensen denken nog steeds dat ze meer waard zijn dan de ander...

Ieder mens heeft gevoel.  En dan bedoel ik niet fysiek.  Ga daar alsjeblieft niet aan voorbij.  Mensen kunnen heel hard zijn.  Kunnen je uitlachen.  Kunnen je choqueren.  Het begint al bij kinderen die pestgedrag vertonen.  Zelfs een kind wil al boven iemand staan.  Zich sterk voelen.  Genieten en lachen erom als ze iemand bang maken.  Maar staan er nooit bij stil hoe ze zichzélf daar bij zouden voelen...

Probéér!!  En dat zal écht niet altijd meevallen, maar als iemand je probeert te provoceren of iemand je kwetst, zegt dat meer over de ander dan over jou.  Reageer niet met woorden, maar GLIMLACH, draai je om en loop weg.  Als iemand probeert je hun mening op te dringen zeg ik meestal:  'Van mij mag je gelijk hebben als je dat wilt, maar ik denk er toch echt anders over.  Discussie gesloten.  Blijf bij jezelf.  Laat je niets aanpraten omdat de ander denkt gelijk te hebben.   Pas dát is ware innerlijke kracht!

 

Liefs Kitty

 

 

 

 


Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.